Suske

Suske verschijnt voor het eerst in Op het eiland Amoras (1947), waarin Wiske hem ontmoet op het eiland Amoras. Hij is een weesjongen op het eiland Amoras van de clan der 'Mageren'. Daar strijden ze in een oorlog tussen de Vetten en de Mageren, aan de kant van de laatsten. Zijn enige bekende familielid is zijn over-over-overgrootvader, Sus Antigoon. Deze dronkaard en tevens spook komt ook van het eiland Amoras.
Na dit avontuur wil hij niet meer van Wiske scheiden en reist met haar mee terug naar België. Hij wordt nu, net als Wiske, geadopteerd door Tante Sidonia. Na zijn begin op Amoras heeft hij zich ontwikkeld tot een ware held, die Rikki doet vergeten (want die is nooit teruggekeerd). Suske is een ware stripheld geworden, die avonturen beleeft tot op de dag van vandaag!
Suske is in de eerste verhalen neergezet als een explosief en onbezonnen mannetje, maar dat is in de loop der jaren veranderd in een rustig, nadenkend en vriendelijk karakter. Hij gelooft niet snel in kabouters, levende speelkaarten, etc. Toch wil hij helpen waar het kan en beleeft hij prachtige avonturen, zijn eerste optreden begon ooit met het redden van Wiske en dat zal hij nog vele malen doen! Hij blijft ook altijd trouw aan zijn vrienden, hij heeft in enkele verhalen de optie gehad om van het recht pad te geraken, maar bleef altijd bij zijn vrienden.

Wiske

Wiske, samen met tante Sidonia het 'oudste' figuur uit de reeks, beleefde haar eerste avontuur met haar broer, Rikki in De avonturen van Rikki en Wiske. Maar daarna kwam Suske, waar ze nu al jaar in jaar uit mee samen gaat.
Wiske is altijd al erg nieuwsgierig geweest in de verhalen en zal dat ook nooit afleren. Die nieuwsgierigheid heeft haar al vaak in de problemen gebracht, maar bracht soms ook oplossingen voor problemen. Daarbij is Wiske ook koppig, ze moet en zal haar gelijk halen. Ze kan echt haar zinnen op iets zetten en daar moet alles voor wijken. Daarbij komt ook nog dat ze erg emotioneel is, ze toont snel haar gevoelens. Wiske heeft een sterke band met haar popje Schanulleke en haar geadopteerde straathondje Tobias en natuurlijk ook met Suske en de rest van de vaste personages.

Wiske is herkenbaar aan haar eierkopje met een rood strikje en een wit jurkje (enigszins aangepast in de loop der jaren). In de laatste paar jaren is dat beeld een beetje aan het verdwijnen, Wiske verschijnt steeds vaker ten tonele in een vlotte jeans.

Tante Sidonia

Sidonia is de tante van Wiske en een ouderfiguur voor haar en Suske. Ze is een lange, erg smalle vrouw (iets van 1,85 m) die meestal een roze blouse en een lange zwarte rok draagt. Ze heeft een enorme kin, grote neus en een bril die ze afzet als ze heel kwaad is. Ook heeft ze voor- en achterop haar hoofd een kuif. Ze is vooral bekend om haar schoenmaat, die schommelt rond maat 51. Vaak gooit ze haar bovenmaatse schoenen naar iemand die een vervelende opmerking over haar maakt.
Tante Sidonia, die afstamt van koning Poefke der Kannenkijkers, is natuurlijk herkenbaar aan haar superslanke figuur, de grote neus en kin, de enorme kuif en haar uitzonderlijke schoenenmaat (schommelt zo tussen de 50 en 60)! Dit opvallende lijf is meermalen aanleiding geweest voor grapjes, zo kan ze zich prima verstoppen achter een lantaarnpaal en kan ze sluipen al de beste!
Ondanks dat alles heeft ze vele relaties gehad, die steeds weer mislukten. De briesende bruid stond geheel in het teken van haar zoektocht naar de ware. Ze koestert een schijnbaar onbeantwoorde liefde voor Lambik. Ze is ook supermodel geweest, in Papa Razzi.
Tante Sidonia is een lief en zachtaardig mens dat echter ook haar mannetje kan staan in de avonturen! Maar dat gaat geheel over als ze een zenuwtoeval krijgt, want dan is het hek van de dam. Met drie man moet ze worden vastgehouden en in een stoel gezet worden, alvorens ze instort en het bewustzijn verliest.

Lambik

Lambik (zijn oorspronkelijk verzonnen naam was Pukkel) werd als detective geïntroduceerd in De sprietatoom, daar kwam het publiek al snel achter de stuntelige eigenschappen van de man, het uitoefenen van zijn beroep verliep niet erg soepel! Hij heeft trouwens nog tientallen andere beroepen gehad. Koppig, aardig, stoer, emotioneel en de verregaande vorm van ijdelheid zijn enkele van zijn eigenschappen, die hem veel avonturen bezorgen.
De naar Belgisch bier (Geuze Lambic) vernoemde Lambik is erg ijdel en arrogant, voor vrouwen zet hij altijd zijn beste beentje voor, wil graag Mijnheer Lambik genoemd worden, maar heeft het hart op de juiste plaats en zal altijd vrijgezel blijven! Hij heeft zes haren op zijn hoofd, is wat stevig gebouwd en gaat (bijna) altijd gekleed in een zwarte broek met een wit overhemd en een vlinderstrikje. En hij heeft ook een snorretje.
Lambik heeft ook nog een broer, Arthur. Deze persoon lijkt behoorlijk op Lambik, maar kan vliegen en woont in de jungle.

Jerom

Jerom maakt, als laatste hoofdpersoon uit de reeks, zijn intrede in De dolle musketiers, als vijand van Suske en Wiske. Hierin wordt hij als geheim wapen tegen de vrienden gebruikt.
Als oermens kan hij kan amper spreken, maar hij blijkt beresterk te zijn! Maar naar mate Jerom langer meespeelt leert hij praten (nog steeds niet geweldig) en wordt hij meer en meer mens, waardoor het publiek hem steeds leuker gaat vinden. Zo vind hij een potje anijs heerlijk en heeft hij een zwak voor Schanulleke.
In het album De malle mergpijp wordt de geschiedenis van Jerom uitgelegd. Zijn moeder (Moe Mie) mocht in de oudheid van een magiër Jerom tekenen zoals zij het wilde. Dat werd dus de brede en gespierde persoon die we allemaal kennen. Jerom is in de tegenwoordige tijd terechtgekomen, doordat hij werd ingevroren in een koud land en eeuwen later werd opgegraven.

Professor Barabas

De professor werd geïntroduceerd in De avonturen van Suske en Wiske op het eiland Amoras, hij volgde professor Wargaren op. In dat album is hij nog erg verstrooid en stotterde hij behoorlijk. Maar naar mate hij ouder werd en de tijd verstreek, werd Barabas ook wijzer! Hij heeft een aantal schitterende uitvindingen op zijn naam staan, zoals de Gyronef, waarmee gevlogen kan worden, de klankentapper, waarmee met de flora en fauna gecommuniceerd kan worden en natuurlijk de teletijdmachine, waarmee je door de tijd kan reizen! Deze laatste uitvindingen geven hem wereldwijde naam en faam. Hij heeft net als de andere hoofdpersonages een hart van goud. Barabas kan echter ook erg opvliegend worden als de andere figuren zonder zijn toestemming zijn uitvindingen gebruiken.

Schanulleke

Schanulleke is het popje van Wiske uit de stripreeks Suske en Wiske. Ze speelde reeds mee in het allereerste album Rikki en Wiske in Chocowakije. Wiske is onafscheidelijk van Schanulleke en wanneer Schanulleke voor de zoveelste keer ontvoerd wordt of ze weer iets te verduren krijgt wordt Wiske ziek van verdriet en gaat ze haar proberen te redden, met of zonder haar trouwe vrienden. Schanulleke werd ook dikwijls levend.